185 | Dodencultus185 | Death and cult

 

 

Klaas Spronk opent dit themanummer met de interessante vraag waar in de Kanaän de dodenverzorging ophoudt en de dodenverering begint. Vervolgens gaat Jacobus van Dijk in op de beginperiode van de Egyptische dodencultus, waar hij de nadruk legt op het omstreden fenomeen van de retainer sacrifice, het meebegraven van de ondergeschikten van een gestorvene. Chrysanthi Gallou en Mercourious Georgiadis hebben de Myceense dodencultus onderzocht. In hun artikel bespreken ze de rol van sport en paardenrennen rond de begrafenissen in Mycene. Benoit Mater bespreekt de terracottalegers in de graftombes van de Chinese adel en keizers. Zij behandelt de mogelijke functies die de terracottabeelden in Chinese keizerlijke rituelen innamen. In het laatste artikel staat de dodenverering in pre-Spaans Panama centraal. Alexander Geurds schrijft over de conclusies die we kunnen trekken over de dodencultus in deze regio aan de hand van archeologisch materiaal. In het supplement stelt redactielid Max Dohle in een vlammend betoog dat het grondwetsartikel over de godsdienstvrijheid overbodig is. Christiaan Gevers bespreekt in de rubriek ‘Historisch Erfgoed’ de theorie over de stamverwantschap tussen de Nederlanders en de Duitsers, zichtbaar in de overeenkomstige boerderijtypes, die tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog in zwang kwam. Tot slot deelt Dick van Nisius in ‘Persoonlijkheden’ zijn fascinatie voor de Italiaanse graaf en wereldreiziger Carlo di Vidua met ons.

Geef een reactie