Groniek 218: ‘Helden’ is uit!

 

 

 

 

Nummer 218: Helden is uit 

De geschiedenis heeft vele helden voortgebracht. Charles Darwin, Johan Cruijff, Mahatma Ghandi, Martin Luther King, Nelson Mandela, de Geschwister Scholl, Marie Curie en Odysseus zijn enkele voorbeelden die kunnen worden beschouwd als grote helden uit de geschiedenis. Uit de voorbeelden blijkt de enorme verscheidenheid die gepaard gaat met het concept held. Zo zijn er onder andere mythische helden, politieke helden, verzetshelden, volkshelden en sporthelden. Een precieze definitie van een held blijkt dan ook te ontbreken. Dit komt vooral doordat wat een held definieert niet vaststaat en aan verandering onderhevig is. Het veranderlijke karakter van heldendom kan verklaard worden door het gegeven dat helden een product zijn van een groep. Helden zijn een middel om de waarden van de groep te verbeelden in individuen. Helden zijn collectieve representaties en zijn daarmee niet alleen tijdgebonden, maar ook gebonden aan sociale en culturele groepen. De uitvinding van de held is een voortdurend proces van sociale constructie. De collectieve waarden van een samenleving zijn namelijk veranderlijk en tijdgebonden en om die reden wordt ook de held voortdurend volgens de huidige waarden gedefinieerd. Dit verklaart tevens waarom het heldendom van sommige personen uit de geschiedenis ter discussie wordt gesteld en zij hun status als held kunnen verliezen. Op de vraag wat een held is, kan om deze reden nooit een definitief antwoord worden gegeven, omdat een held onderworpen is aan herstructurering en herinterpretatie.

 

Thema-artikelen

Het themagedeelte opent met een artikel van Nicolaas A. Kraft van Ermel, waarin hij zich afvraagt of de verering van de Oekraïense aartsbisschop Andrej Sjeptytsky (1865-1944) als nationale held gerechtvaardigd kan worden. Dat de scheidslijn tussen held en antiheld moeilijk te trekken is, wordt tevens duidelijk in Mark Raatsartikel over Grutte Pierwaarin hij laat zien hoe hij voor de Friezen de bekendste volksheld werd, terwijl de Holanders hem beschouwden als een grote schurk.Kim Bootsma toont aan dat vrouwen in de negentiende eeuw als wasvrouw en marketentster een even belangrijke rol als mannen vervulden in het Nederlandse leger. Vervolgens vergelijkt Mariëtte Willemsenin haar artikel hoe de meningen van Nietzsche en Schopenhauer verschilden aan de hand van Nietzsches Übermensch en Schopenhauers heilige held en stelt ze dat hun verschillende visises samenhangen met hun beoordeling van medelijden. Het themagedeelte sluit af met een artikel van Jurryt van de Vooren waairn hij onderzoekt hoe de verering van sporthelden zich in de loop van de geschiedenis heeft ontwikkeld.

 

Supplement

In de Hoog van de Toren betoogt redacteur Hielke van Duurendat het Taoïsme een oplossing kan bieden voor het taalprobleem in de geesteswetenschappen. Deze Chinese filosofie kan ons leren om tot een bewuste en systematische omgang met taal te komen met als doel de ondermijnende werking van taal op te heffen. In dit nummer van Groniek bieden wij u twee artikelen aan in de rubriek Levend Verleden. In het eerste artikel analyseert Ivo van de Wijdevende nawerking van het Verdrag van Trianon op het Hongaarse verleden. In het tweede artikel gaat Adriaan Duivemanin op de beleving van landschappen waarin rampen hebben plaatsgevonden en waar de mogelijkheid dat een nieuwe ramp zal plaatsvinden nog altijd aanwezig is.Duiveman betoogt dat we gebaat zijn bij een nieuw narratief om onze relatie met het water te beschrijven, in plaats van veroveringsdrang moet de nadruk gelegd worden op ons aanpassingsvermogen.


Wellicht kunnen de helden die in dit themanummer van Groniekworden besproken u ook inspireren tot grootse daden. De redactie van Groniek wenst u veel leesplezier toe.

 

                                   218_Poster_Helden_V2